donderdag 25 februari 2016

Wildtuinieren op minischaal.


Als groot liefhebber van de wilde tuin moet ik er niet aan denken dat ik mijn laatste jaren oud en krakkemikkig op een klein appartementje zal moeten slijten met in het beste geval nog een klein minibalkonnetje.
Mocht dat onverhoopt ooit toch het geval zijn, dan kan ik altijd mijn piepkleine wilde minibiotoopjes meenemen, die ik al jaren koester.

Iedereen, die in het bezit is van een klein balkonnetje of een piepklein tuintje, kan zo nog stukjes natuur bij zich houden.

Bovenaan een begroeid stukje rots op een schaal. Ideaal hiervoor zijn brokken tufsteen, een soort poreus vulkanisch gesteente.
Wat doe je aan onderhoud bij deze biotoopjes: ik doe niets. Ik zorg dat ze niet permanent in de volle zon staan, halfschaduw of schaduw is prima. Verder zijn ze aan weer en wind blootgesteld, de plek moet wel regen kunnen opvangen. Zo niet, dan moet je zelf zo nu en dan begieten.
Uiteraard kan je zelf proberen een mosje toe te voegen, maar de praktijk leert dat, wat zich uit zichzelf vestigt, het beste gedijt. Wanneer zich ongewenste, te grote plantjes mochten vestigen, dan kun je die natuurlijk voorzichtig verwijderen.

Ik laat er hieronder er een aantal zien, de meesten zijn al minstens 5 jaar oud.

Deze bak heeft een afwateringsgat, er is wat potgrond in gedaan en de rots is gaandeweg begroeid en vergeleken bij oktober 2011 en januari 2012 is er wel iets veranderd. Een kleine boompje vóór de rots heeft het niet gered.


De bak hieronder bestaat uit een afgedankte glazen pannendeksel. Er zit een gat in, hij watert dus af. Ook deze bak heb ik in oktober 2011 en januari 2012 al eens laten zien.


Hieronder weer een heel leuk biotoopje op tufsteen met minstens drie mossoorten.


En dan nog een zelfgegoten betonnen bakje zonder afwatering.


En tot slot: 's nachts verlies je natuurlijk de controle over de gebeurtenissen in dit soort bakjes.




maandag 15 februari 2016

Structuur of spontaniteit in het bloggen?


Op een gegeven moment rijst de vraag hoe nu voort te gaan met het bloggen.
Laat je de onderwerpen spontaan in je op komen, bij ingeving of getriggerd door iets wat je waarneemt? Of help je jezelf door een vaste structuur aan te brengen.
Bij voorbeeld:
rond de eerste van de maand bespreek ik foto's van een vaste plek in de tuin, de tweede week zie ik wel, rond de vijftiende komt de bloem van de maand, de derde week zoek ik de wildste plek in de tuin en de laatste keer zie ik wel weer.

Tja. Eigenlijk hou ik niet zo van de knellende banden van een structuur. Laat het allemaal maar lekker wild spontaan gebeuren.


Ik heb ook nooit een vaste wasdag, stofzuigdag, boodschappendag enz. gehad. Zélfs schrijf ik niet graag op papier met lijntjes, dat papier moet blanco zijn, die lijntjes perken mij veel te in. Ja, ja ;-)
Vandaar natuurlijk ook mijn liefde voor de wilde tuin. Alles moet zich lekker vrij kunnen ontwikkelen, ik vind het ongelooflijk boeiend om te zien wat er dan allemaal gebeurt.

Aan de andere kant ben ik me ervan bewust dat structuur niet alleen beperkt, maar ook rust, vastigheid en steun geeft. 


In de tuin maakt het goed op elkaar afstemmen van vaste elementen zoals paden, heggen, bomen, struiken, plantenplekken, terrassen, gebouwtjes, een tuin boeiend en rustig.
In onze eigen tuin heb ik ook geprobeerd een evenwichtige structuur aan te brengen.
Maar binnen deze structuur heerst een zo groot mogelijke vrijheid.


Toegepast op het tuinbloggen heb ik gemerkt dat vooral op den duur wel eens wat blogmoeheid kan optreden. Zo van: elk jaar passeren weer dezelfde items, verband houdend met de seizoenen.
En altijd spontaan (moeten) zijn kan ook onvrij maken en is bovendien tegenstrijdig in zichzelf.
Het helpt mij wel degelijk om maandelijks een aantal vaste items te hebben.
Dat in blogs de seizoenen met de steeds terugkerende planten en hun ontwikkeling jaarlijks terugkeren, deert me niet. Ik vind het ook niet vervelend om elk vroege voorjaar weer uitgebreid te lezen over sneeuwklokjes en krokussen met de bijbehorende foto's. Het doet me gewoon goed.
Een tuinier leeft nu eenmaal met de seizoenen en het cyclische gebeuren van de natuur om hem / haar heen. Dit steeds terugkerende gebeuren geeft rust en maakt ons los van het voortdurende lineaire streven om ons heen naar meer / beter / anders.


Vandaar dat ik mij bij het bloggen op bescheiden schaal wil laten leiden door maandelijks terugkerende items. Maar het moet geen keurslijf worden en ik moet mij er zo nu en dan gewoon aan kunnen onttrekken. 


Dán blijf ik de mijzelf opgelegde structuren - die vaak door zeer gewaardeerde andere bloggers ter inspiratie waren aangereikt - zien als een nuttige en plezierige steun. En daarnaast komen de onderwerpen vanzelf, door het kijken, naar wat er allemaal aan boeiends in de tuin plaatsvindt.



zondag 7 februari 2016

Desolaat, licht en wat kleur.


In het noorden van Nederland hebben we toch minder het gevoel dat het voorjaar vér voorop loopt in vergelijking met andere jaren. De temperaturen waren hier niet steeds zó spectaculair hoog en we hebben in januari een paar weken echt winter gehad.
Het desolate van de eerste maanden van het jaar overheerst nog duidelijk in de tuin.


Slechts enige belichting door de zon kan er nog wat van maken.


We waren gisteren in Wageningen. Als ik dan kijk naar wat daar in de tuintjes al bloeit, dan loopt onze tuin in zuid-oost Friesland toch zeker haast twee weken achter.
Onze tuin ligt wat dieper en heeft overwegend schaduw. Dat scheelt weer een week vergeleken bij naburige tuinen die aan de zuidkant veel zon opvangen. Daar zie ik veldjes volop bloeiende sneeuwklokjes en krokusjes, terwijl hier beiden nog stevig in de knop zitten.



Er zijn al schitterende narcissen in bloei, terwijl hier nog slechts sprieten te zien zijn.


Zo kunnen verschillen in belichting en standplaats tot veel variatie leiden in de bloeitijd.

Maar langzaam komt toch de naderende lente in beeld. Met wat speuren zie ik hier wat kleur verschijnen, en daar hebben we behoefte aan.


De zon maakt een feestje van de snijbiet in de moestuinbak (zie hierboven).
De Iris reticulata is het eerste bolgewasje in volle glorie. Daar zou ik wel meer van willen planten.


En... de bloemknoppen van de Mahonia aquifolium zijn al volop zichtbaar. 


Als ik ze zie, denk ik al aan de heerlijke geur die ze gaan verspreiden over een aantal weken.